
Stukje lopen, stilstaan, wachten tot de pijn zakt, weer een stukje lopen… Wie met ‘etalagebenen’ leeft, kent dit patroon maar al te goed. De aandoening – officieel perifeer vaatlijden genoemd – begint vaak onschuldig met vermoeide benen, maar kan uitgroeien tot een chronische belemmering in het dagelijks leven. Gelukkig is er hoop, zegt vaatchirurg dr. Willemien van de Water van het Hart- en Vaatcentrum van het Maastricht UMC: “Er is heel veel wat we kunnen doen, zeker sámen met de patiënt.”
Perifeer vaatlijden ontstaat door aderverkalking in de benen, waardoor bloedvaten vernauwen of zelfs helemaal afsluiten. Het resultaat is dat er te weinig zuurstof in de beenspieren zit tijdens het lopen. “Mijn patiënten omschrijven die pijn vaak als een gevoel van verzuring. Het voelt alsof je aan het hardlopen bent en net te lang doorgaat”, legt Van de Water uit in PlusOnline. De klachten ontstaan meestal in de kuiten, maar kunnen ook hoger in het been optreden.
Grote impact
Bij milde vormen duikt de pijn pas op na een flinke wandeling. Maar in ernstigere gevallen is vijftig meter al te veel. “Sommige patiënten vertellen dat ze ’s nachts een been uit bed moeten laten hangen tegen de pijn, of ze staan even op”, zegt Van de Water. “Die rustpijn is een nare pijn die slecht reageert op pijnstillers.”
De impact is groot. Van sociale uitstapjes tot simpel boodschappen doen: alles wordt moeilijker. In uiterste gevallen kunnen slecht genezende wondjes tot amputaties leiden. Maar daar laat Van de Water het niet op aankomen. “Gelukkig gebeurt dat niet vaak en kunnen we het meestal door middel van behandelingen en sámen met de patiënt voorkomen.”
Meer bewegen
De behandeling begint verrassend genoeg met meer bewegen. Onder begeleiding van een fysiotherapeut trainen patiënten op een loopband. “Als je dat vaker doet, gaan in het lichaam andere bloedvaatjes openstaan”, legt de vaatchirurg uit. Ze vergelijkt het met een verkeersomleiding: “De snelweg A12 tussen Den Haag en Utrecht zit dicht, maar dan kun je een autoweg in de buurt, de N11, wat breder maken.”
Daarnaast volgt medicatie: bloedverdunners, cholesterolverlagers en middelen tegen hoge bloeddruk. Maar de sleutel tot succes ligt bij de patiënt zelf. “Roken is de grootste boosdoener, vaatpijn is echt een rookziekte. Bijna al mijn patiënten roken of hebben gerookt”, zegt Van de Water. “Als het lukt om te stoppen, is het resultaat van de behandeling zó veel beter.”
Dotteren
Als looptraining en leefstijlverandering niet genoeg helpen, komen dotterbehandelingen of operaties in beeld. Met een ballon of stent wordt het bloedvat weer opengemaakt. “Om in de verkeersvergelijking te blijven: als de A12 dicht is, probeer je die weer open te maken”, aldus Van de Water.
De vaatchirurg geniet van de technische vooruitgang in haar vak. “Tegenwoordig combineren we dotteren en opereren vaak ook in één behandeling.” Maar wat haar werk écht bijzonder maakt, is de samenwerking met haar patiënten. “De positieve kant van een leefstijlziekte is dat mensen een grote rol in hun eigen behandeling kunnen spelen. Ze kunnen hun leefstijl aanpassen en zelf hun situatie verbeteren.”
En dat loont. “Stel je voor: je kunt maar 50 meter lopen en hebt veel pijn, maar na een dotterbehandeling en leefstijlverandering kun je weer onbeperkt wandelen”, besluit Van de Water. “Voor veel patiënten voelt het alsof ze herboren zijn.”
Bron: PlusOnline